‘Vandaag gaan we aan de slag met bomen, Playmobil bomen wel te verstaan. Zet eens een boom in elkaar die staat voor jezelf.’ Euhh, een boom? Juist.
Dat was precies mijn gedachte toen ik deze opdracht kreeg ‘ik, een boom?’.
We zaten met een groepje dames rond een tafel en voor ons lag een berg bruine, grijze en groene dingen. Inderdaad, takken en ontzettend veel verschillende soorten bladeren. Verschillende soorten en kleuren. Oh en gekleurde bloemetjes, diertjes, plateautjes. Een berg waarbij ik dacht ‘wat moet ik ermee’.
Nu heb ik dat met veel dingen ‘eerst een beetje maf, dan maar gewoon starten en doen’. Zo ik begon met een tak. Een bruine, simpele tak. Uiteraard bleef deze niet staan, dus kwam er een ondergrondje bij. Eerst een gele, maar dit voelde niet goed. Maf he, dat een ‘geel stukje Playmobil niet goed kan voelen als ondergrond voor je boom’. Ik nam mezelf met de minuut minder serieus.
Maar goed, gele ondergrond eruit, een stevige bruine erbij. En warempel, dit voelde veel meer als mezelf. Ofzo.
Na 20 minuten gespeeld te hebben, stond ie daar, mijn boom. En weet je, ik was er nog trots op ook. Nee, hij was niet perfect gevormd, gevuld of een droomboom. Nee, het was een levensechte verbeelding van mijn leven. En dat is best een serieuze zin, maar zo voelde het echt. Mijn schroom om mezelf te verbeelden als een boom was volledig verdwenen. Van een maf, onzeker gevoel naar een verbeelding waar gevoel bij zit.
Mijn boom had inderdaad een stevige ondergrond, met wat losse bloemetje en dorre takken ernaast. Een stam met uiteenlopende takken. Een aantal met donkergroene bladeren, een enkele lichtgroene en een heel aantal lege takken. Ook zat er een grijze tussen. Of eigenlijk, twee grijze.
Takken die stonden voor mijn leven, de mooie stevige basis met wortels in de grond; welke storm er ook waait, hij blijft wel staan. Een stam met krassen en butsen, maar wel flexibel. Takken met kennis en ervaringen, nieuwe ontwikkelingen waar ik middenin zit en de lege die allemaal gevuld kunnen en mogen worden de komende jaren. De grijze, kale takken voor verdrietige ervaringen waar misschien nooit groene bladeren aan gaan groeien, maar die wel worden omringt door de groene.
De vraag die vervolgens kwam was, ‘wie staat er heel dicht bij je en hoe ziet zijn/haar boom eruit?’
Inmiddels zat ik zo in de ‘bomen metafoor’ dat ik niet opkeek van deze vraag, maar het proces begon simpelweg opnieuw. En daarbij, een boom maken voor een ander is toch iets heel anders; hoe ik tegen iemand aankijk, hoeft niets te zeggen over de ervaring van diegene zelf natuurlijk. Maar goed, gedachten opzij, gewoon maar weer doen. De boom van mijn partner kwam tot leven…
Nadat we allemaal twee bomen voor ons hadden staan, kwamen er verschillende vragen. Vragen als ‘wat is de afstand tussen bomen?’, ‘ondersteunen ze elkaar, of staat er een in de schaduw van de ander’ enz.
Dan ben je al een tijdje met deze Beeldtaal aan het werk, dus je weet hoe het onbewuste aan de gang is en toch sta je weer verbaasd over je eigen neergezette werk. Want nee, met deze vragen was ik tijdens het neerzetten helemaal niet mee bezig. En hoe mooi is dan wat je ziet. Misschien is mooi niet het juiste woord. Tenminste, niet voor iedereen.
Toevallig hadden we allemaal onze ‘partner bomen’ gebouwd. Maar bij die laatste vragen, barstte er één dame in tranen uit, de boom van haar partner steeg echt torenhoog boven dit van haar uit. Ze voelde zich zo in zijn schaduw staan, er kon geen zonlicht door zijn bladerdek heen. ‘Nu begrijp ik het verstikkende gevoel opeens’. Pff.
Bij een ander stonden de bomen zo’n 40 centimeter uit elkaar en waren er dorre takken naar elkaar toe gestoken. Het enige wat deze vrouw erover hoefde te zeggen was ‘we liggen in scheiding’. Dat was duidelijk te zien.
Natuurlijk keek ik meteen naar ‘onze bomen’. Ik kon een glimlach niet vermijden, ze waren even hoog, beide met mooie bladeren en kale takken. De één wat meer kale takken, de ander wat meer lichtgroene bladeren, maar het leek wel een soort van evenwicht. Naast elkaar, een tweetal takken raakte elkaar, maar verder zelfstandig. Voelde goed.
Na een uur gespeeld te hebben met Playmobil bomen, moesten we ze zelf weer uit elkaar halen. En mocht je het verhaal nog niet vreemd gevonden hebben; het voelde echt niet oké om dit te doen. Bizar he, het is speelgoed, dat ben je je heel erg van bewust, maar om nou je eigen boom en die van je partner weer uit elkaar te halen is bijna niet te doen. Tja, wat een prachtige en gekke gewaarwording. Nodig om dit stuk van de dag af te ronden/af te sluiten, maar echt, het ging met een brok in mijn keel.
Afgelopen twee weken heb ik op verschillende manieren stil gestaan bij deze boom. Eerst een korte post, gevolgd door een filmpje en nu dan deze afsluitende blog. Hoezo?
Ik denk dat ik dit eigenlijk niet meer uit hoef te leggen. Door hier eens bewust bij stil te staan, voelde ik hoe ik momenteel in het leven sta. Wat mijn basis is, hoe ik kijk naar ervaringen, ontwikkelingen, werk, gezin en partner. Daarbij ook kijken naar de toekomst, hoe verbeeld ik me dit, wat wil ik bereiken en hoe ga ik dit doen? En vergeet vooral niet wat de invloed is van de boom van degene die dicht bij je staat…
Geen Playmobil in huis, maar toch benieuwd naar je eigen boom? Pak een vel papier en teken hem, neem er even rustig de tijd voor. Hoe ziet jouw boom er uit? Durf je hem met me te delen?
En wil je zelf het ‘bouw’ gevoel ervaren? Stil staan, kijken en voelen hoe jij jezelf in beeld zet als boom? Inclusief je verleden, het heden én de toekomst? Eventueel samen met je partner/goede vriend(in)/ouder/kind?
Voel je welkom.
Juist Jij